Waarom Honda langer doorgaat in F1 en voor Aston Martin koos
In dit artikel:
Honda keert niet alleen terug in naam naar de Formule 1, maar sluit vanaf 2026 een exclusieve motorenleveringsovereenkomst met Aston Martin. Na een moeizame periode bij McLaren (2015–2017), een verbeterde samenwerking met Toro Rosso (2018) en vervolgens succes met Red Bull vanaf 2019 — culminerend in Max Verstappens wereldtitel in 2021 — had Honda zich formeel teruggetrokken. Desondanks bleef het bedrijf stilletjes motoren bouwen voor Red Bull-teams totdat de Oostenrijkse stal met Ford een eigen krachtbronproject startte.
Koji Watanabe, voorzitter van Honda Racing Company, noemt meerdere redenen voor het definitief in F1 blijven: technische reglementswijzigingen voor 2026 (meer nadruk op de elektromotor, van circa 120 kW naar ongeveer 350 kW, en een balans van ongeveer 50/50 tussen elektrisch en verbrandingsvermogen) en de invoering van duurzame brandstoffen die aansluiten op Honda’s toekomstvisie voor aandrijfsystemen. Motorsport ziet Honda als hét laboratorium om technologie te verfijnen, vaardigheden op te bouwen en wereldwijd te etaleren — reden waarom HRC "waarschijnlijk niet zonder F1 kan leven", aldus Watanabe.
De keuze voor Aston Martin heeft volgens hem deels te maken met eigenaar Lawrence Stroll: diens ambitieuze leiderschap, investeringen in de AMR Technology Campus en de versterking van het personeelsbestand maakten de samenwerking aantrekkelijk. Voor 2026 is het doel primair om de integratie tussen Honda en Aston Martin soepel te laten verlopen en interne prestatiedoelen te halen; de volledige maatstaf voor succes blijft echter het winnen van het wereldkampioenschap op langere termijn. Watanabe benadrukt dat de relatie een langetermijnvisie heeft en dat Honda gelooft in duurzame topcompetitie met Aston Martin ook in de jaren na 2026.