Mercedes tweede bij F1-constructeurs, maar: "Middelmatige race knaagt aan ons"
In dit artikel:
In de seizoensfinale in Abu Dhabi lag de nadruk bij Mercedes vooral op de strijd om de constructeurstitel. Met een voorsprong van 33 punten op Red Bull leek Mercedes nagenoeg zeker van plek twee, maar het team moest nog hard werken op het Yas Marina Circuit. Max Verstappen won de race, waarmee Red Bull naar 19 punten van Mercedes toe kroop en uiteindelijk derde werd, vóór Ferrari. McLaren veroverde zowel de coureurs- als constructeurstitel; Mercedes-teambaas Toto Wolff feliciteerde het team dat met Mercedes-motoren rijdt.
Wolff erkende het belang van de tweede plaats — die meer prijzengeld oplevert — maar wees ook op nadelen: door die eindklassering krijgt Mercedes vanaf begin 2026 minder windtunneltijd toegewezen, wat ontwikkeling kan bemoeilijken. Sportief was hij kritisch over het teamresultaat en de race zelf; George Russell werd vijfde, Andrea Kimi Antonelli finishte als vijftiende.
Wolff trok een bredere conclusie over de afgelopen jaren in het grondeffecttijdperk: Mercedes won geen wereldtitel en worstelde met een reeks aanhoudende problemen die niet eenduidig te verklaren waren. Volgens hem begon het met een verkeerde ontwerpkeuze, waarna het team telkens nieuwe problemen moest oplossen zonder altijd de onderliggende oorzaak te vinden. Er waren meerdere valse hoopmomenten en uiteenlopende theorieën, maar nooit een doorbraak om echt mee te doen om het kampioenschap. Tegelijk noemde hij de prestaties van concurrenten — zoals McLarens ingrijpende verandering drie jaar terug en Red Bulls sterke herstel na de zomer — als voorbeelden van hoe je het seizoen kunt keren.
Wolff blikt ook vooruit: hij ziet een zekere opluchting dat dit grondeffecttijdperk ten einde loopt en kijkt uit naar de nieuwe regels, in de hoop dat die meer duidelijkheid en betere kansen geven om weer voor titels te strijden.