Had Ducati de MotoGP Grand Prix van Australië kunnen winnen?
In dit artikel:
Aprilia was op Phillip Island duidelijk de snelste formatie en Raúl Fernández pakte een verdiende zege, maar vergelijking met de vorige GP in Indonesië roept vragen op over wat er mogelijk was geweest als Ducati beter gepositioneerd had gestaan. In Indonesië leek Marco Bezzecchi met zijn Aprilia dominant, maar Ducati won daar onverwacht dankzij Gresini-debutant Fermín Aldeguer. In Australië stond Bezzecchi vanaf het begin op achterstand door een eerdere straf, maar ditmaal liet Aprilia geen steken vallen: Fernández nam de leiding na het passeren van Pedro Acosta en gaf die niet meer uit handen.
Ducati worstelde met het tempo. Voor het eerst sinds 2020 stond geen Ducati op de eerste startrij en in de sprintrace bleef het merk, voor het eerst sinds het sprintformat van 2023, zonder podium. Toch was Fabio di Giannantonio hét lichtpunt voor Ducati: hij blonk uit op lange runs en toonde consistent snelle rondetijden. Door een mislukte tweede kwalificatierun, waarin hij alles moest riskeren en bovendien koorts had, moest hij van plaats tien starten — een handicap die hij in de race indrukwekkend wegwerkte.
Di Giannantonio klom van startplek tien naar uiteindelijk tweede, op 1,4 seconde van Fernández. Hij werkte zich door het veld, haalde onder meer Pedro Acosta en Álex Márquez in en was de best geklasseerde Ducati-rijder. Zijn racepace bleef stabiel in de hoge 1:28-lieden; in ronde 21 noteerde hij een 1:28.114, slechts marginaler trager dan zijn snelste raceomgang en vergelijkbaar met Bezzecchi’s 1:28.078 in ronde 24. Dat suggereert dat, had Di Giannantonio van voren mogen beginnen, hij Fernández mogelijk onder druk had kunnen zetten — al blijft dat speculatie.
Fernández’ voorsprong was groter geweest zonder late problemen: in de slotfase kampte hij met een losgeraakte tear-off en afnemende grip; vier ronden voor het einde stond hij nog 3,1 seconden voor. Concluderend: Aprilia domineerde op Phillip Island, maar Di Giannantonio’s sterke opmars toont dat Ducati, mits betere kwalificaties en starts, competitiever had kunnen zijn en de race misschien anders verlopen zou zijn.